Ik weet nooit hoe laat het is, want ik leef vanuit het tijdsloze.

Elke situatie of periode in mijn leven waar ik steeds in terechtkwam, waren allemaal veranderlijk. Alle leuke en niet leuke gebeurtenissen gingen voorbij, niet één bleef bestaan! Het enige wat onveranderlijk bleef bestaan, was mijn gevoel erbij tegenwoordig te zijn. Dat kan ook niet anders zolang het lichaam blijft bestaan. Tijd heeft niets te maken met dat gevoel van Tegenwoordigheid, volgens mij. Tijdsbesef is net als het ruimtebesef, aan het lichaam verbonden via het denken. Als iemand mij onverwacht zou vragen: “hoe laat is het?” dan moet ik op mijn horloge kijken, wat toch wel weer laat zien dat ik vanuit het tijdsloze leef. Bovendien was mijn opvatting van tijd sterk wisselend, afhankelijk van welke gedachten of gevoelens ik had.

Uit het boek: “Bewustzijn. Zoek je iets?” – fragment 578