Er kan zich nooit een gedachte binnen een andere gedachte voordoen
De ogen lijken toch echt te kijken maar ze zien niets! Het zijn instrumenten. Ik kan van een camera toch ook niet zeggen dat die iets ziet? Toch is er een foto gemaakt via die camera. De lens liet het licht door. Ik dacht dat het lichaam iets kende, maar in werkelijkheid wordt het lichaam gekend. Ik dacht dat ik iets zag maar het hoofd waar de ogen in zitten wordt gezien. Het ene idee na het andere viel in duigen! En die sensatie die “het in duigen vallen” met zich meebrengt werd ook nog eens moeiteloos waargenomen! Door wie? Door dát wat ik ben. Maar wát ben ik dan? Ik wéét het niet!!! Dat klopt. Dat is nou het enige dat klopt! Het bewuste Waarnemen wéét niets, het is alles!
Uit het boek: “Bewustzijn. Zoek je iets?” – fragment 865
foto: M. Johnson