Het geheugen heeft iets ‘toverachtigs’, het kan ons alles wijsmaken.
Het geheugen heeft iets ‘toverachtigs’, het wil ons wijsmaken dat wat zich feitelijk in het tijdloze afspeelt zich in het verleden heeft afgespeeld. Terwijl het huidige moment, het tijdloze, het enige is wat er is. Verleden en toekomst bestaan alleen als idee. Bijna alle energie die je hebt, gaat daaraan verloren. Als je niet wilt dat je als persoon verdwijnt dan móet je wel constant denken. Er zit niks anders op! Maar zeg nou zelf wat zou er nou kunnen verdwijnen. De ‘ik-ben- hier’ en ‘jij-bent-daar’ gedachte is net zo echt als een luchtspiegeling. Als die verdwijnt, is er nog niets gebeurd. Eigenlijk verdwijn je als persoon constant, als een verlangen net vervuld is, tijdens de diepe slaap, in de liefde, en ga zo maar door. Als het geheugen niet op de achtergrond voortdurend als een computerprogramma meedraaide, zou je dat onmiddellijk Zien. En het Zien ervan betekent je onmiddellijke bevrijding uit een denkbeeldige gevangenis.
Uit het boek: “Bewustzijn. Zoek jij ook iets?” – fragment 358
foto: Vilmos Vincze