Alles wat kan worden waargenomen kán ik niet zijn
Een dood lichaam is altijd een object in het gewaarzijn van een ander, van degene die leeft. Maar wie of wat is die ander? Die ander is ook een reflectie van het BewustZijn en via dat instrument is er een plaatje verschenen van een dood lichaam. Het BewustZijn is nooit geboren en kan nooit sterven. Ik kán helemaal niet sterven want ik ben dát, waar geboorte en dood zich voortdurend in afspelen. En dat ben jij ook! Want het BewustZijn is het énige dat er is. “Niet te geloven! Echt?,” zou je kunnen vragen. “Ja echt!” Maar nu is het zaak dat je dit niet zomaar gelooft natuurlijk. Het is de bedoeling dat je met deze informatie innerlijk bezig blijft. Kijk steeds wat je eigen ervaringen zijn, geloof niets meer. Kijk gewoon naar de feiten, blijf er over mijmeren, leef ermee samen met deze gedachten, zonder er iets van te willen.
Uit het boek: “Bewustzijn. Zoek je iets?” – fragment 294
foto: liz west